Zomaar een beetje kunst op het VAVO?

Brigitte Fafieanie geeft les in kunst, vormgeving en theorie op het VAVO; bij het ROC Novacollege in Haarlem en Amstelveen. Als docent maakt ze veel mee met haar leerlingen, en niet alleen in haar kunstlessen.

Studentenpopulatie
Op het VAVO komen bij de kunstvakken studenten binnen die het eindexamen niet gehaald hebben en dat betreft altijd het theoriegedeelte. Dit zijn er een stuk of drie per jaar. Dan zijn er studenten die een extra vak binnen hun profiel nodig hebben en studenten die kunst gewoon graag als vak willen doen. Zo ontstaat er een interessante mengeling van studenten, van wie de meeste weinig praktijkervaring en/of theoretische achtergrond hebben. Aan mij de mooie taak om het in 24 weken voor elkaar te boksen om dit vak als een geslaagd geheel afgerond te krijgen.

Het praktijkgedeelte is meestal niet het probleem, hoewel sommigen onzeker zijn en zeggen dat ze niet kunnen tekenen; een altijd gehoord oordeel over wat je bij voorbaat zou moeten kunnen. Met ‘goed’ tekenen bedoelen ze eigenlijk ‘realistisch’. Na een poosje weten ze al snel dat dit geen voorwaarde is om een beeldend vak te kunnen doen, omdat het vak op veel facetten van beeldende vorming ingaat. Een beetje durf om uit te proberen kan al creatieve inzichten geven en tot onverwachte resultaten leiden.

Bij de theorie hebben we een flinke dobber aan het op hoge snelheid doornemen van alle eindexamenstof. Voor degenen voor wie dit vak nieuw is duurt het even om dit aan te kunnen, en voor degenen die het nogmaals doen is het vaak een zucht die niet verlicht lijkt te kunnen worden.

Gelukkig is dat voor beide groepen bijna altijd alleen in eerste instantie.

Praktijk: meuk?
Dit jaar kwam Micha halverwege periode één binnenstappen. Hij wilde informatica inruilen voor kunst, maar hij ‘kon niet tekenen en was totaal niet creatief’! Nu kende ik hem nog van zijn profielwerkstuk over muziek en wist dat hij wel degelijk slim en ook heel eigen was. Zo kwam hij dus in de groep en bleek een ontzettend ijverige leerling en een inspirerende factor voor iedereen te zijn.
Als hij wat ideeën inleverde dan zei hij: “Ik heb je weer even wat meuk gemaild en (op zijn dummy wijzend) hier heb ik alvast wat gekliederd.” Het is nooit geklieder of meuk geweest en hoewel ik met enthousiasme reageerde bleef zijn reactie meestal wat argwanend, totdat zijn mentor me aansprak en vertelde dat hij blij was met de kunstlessen.

Unknown.jpeg

Still uit Das Cabinet des Dr. Caligari

Na een prachtig zelfportret werd hij begeisterd door Das Cabinet des Dr. Caligari. Hij heeft de hele film (uit 1920) bekeken en geanalyseerd. Hij kwam terug met een duidelijke visie over het affiche dat hij hierover ging maken die niemand anders bedacht zou kunnen hebben. Vervolgens dook hij in de wereld van de optische illusies d.m.v. linosneden en maakte het ene na het andere drukwerk. We eindigden het jaar met een popart-mozaïek, eerst op school en toen afgemaakt in het atelier van een kunstenares in Amsterdam. En daar gebeurde het: de groep is de hele dag blijven hangen i.p.v. de bedachte drie uur, en Micha was voor het eerst tevreden met zijn werkstuk. Uiteraard was het een Micha-eigen wonderlijk werk van kleuren en vormen geworden, maar het was volgens hem geen ‘meuk’ meer.

Theorie: niet weer!
Sanna kwam binnen met haar moeder op een open avond en bleek echt geen kunst meer te willen doen. Ik heb geluisterd naar haar redenen en de moeder en ik bleken op een lijn te zitten over dat ze het toch echt beter nogmaals kon proberen. Ze zuchtte diep en zo kwam ze ook mijn klas binnen. De eerste periode was het hangen en wurgen.

Hierin werd Sanna al snel bijgestaan door twee andere dames die ook al eerder kunst hadden gedaan en net als zij bedacht hadden: “dit wordt weer niks”. Het eerste schoolexamen theorie was niet slecht, maar niet voldoende, wat hen nog meer bevestigde in dat kunst een vreselijk vak was. Met alle drie de meiden ben ik het gesprek aangegaan, en waar het eigenlijk op neerkwam was dat ze twee dingen konden doen: of blijven zuchten, of gebruik maken van dit jaar en domweg hun diploma halen en andere toekomstdromen gaan uitwerken.

Bij de meeste VAVO-studenten zit er een verhaal achter hun verzet en betreft het niet altijd het vak zelf. Zo had ik in de tweede periode een gesprek met een van de drie dames, Christel, en haar vader. Een goede vriendin van haar was het jaar ervoor overleden aan kanker en ze werd er boos van als mensen met dit k- woord vloekten, maar ze had bovenal nog steeds intens veel verdriet, naast de frustratie dat ze niet gelijk door had kunnen studeren. Alleen al de ruimte om haar verhaal te doen en pas op de plaats te kunnen maken als het nodig was en mij daarover te mailen, deed wonderen. Ze kwam regelmatig, maakte haar werk en mailde als ze echt niet kon komen.

De derde dame, Isa, bleek een pittige thuissituatie te hebben. Desalniettemin zorgde ze goed voor zichzelf door veel aan krachtsport te doen en schreef daar ook over in een eigen blog over sport en voeding. Ze was daarin heel open en kreeg daardoor ook veel steun. Het hielp haar door alles heen en toen ik aangaf dat ik het gelezen had en benadrukte hoe sterk ze was, werd ze ook wat toegankelijker in de les.

Alle drie werden ze steeds makkelijker in hun communicatie en vooral in het delen van hun kennis bij de theorielessen. Regelmatig gaf Sanna klassikaal antwoorden of aanvullingen en de cijfers gingen omhoog. Toen het eindexamen ook nog eens voldoende uitpakte kon ik ze feliciteren en hadden ze alle drie hetzelfde eindcijfer voor het vak, ruim voldoende. Sanna kwam met haar vader de definitieve eindexamenuitslag ophalen, dat doen wij altijd op school. Intens zenuwachtig opende ze haar envelop en toen ze zag dat ze geslaagd was stonden vader en dochter te huilen in de zaal.

Wat doe je als docent?
Gaat het vaak zo? Meestal wel. Op de een of andere manier ploeteren we, foeteren we een beetje, doen we pleisters op wonden die wij niet veroorzaakt hebben, luisteren we naar verhalen die nooit hadden mogen gebeuren en stellen voorwaarden die vaak in eerste instantie niet haalbaar lijken; niemand krijgt zomaar een diploma. Ze krijgen het door hard te werken, naast bijbaantjes, thuissituaties en vroegere (school)ervaringen. Uiteindelijk zijn ze zelf verantwoordelijk voor het eindresultaat, maar in het proces zijn we 100% beschikbaar.

Dus zomaar een beetje kunst op het VAVO, is zomaar een belevenis van onschatbare waarde.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s