Door Hanneke de Jong en Marissa Vosters
Terwijl duizenden vwo-leerlingen zich tijdens hun examen bogen over de vraag wat Damien Hirst nu precies beoogde met zijn Spot Paintings, barstte de commotie rond Hirsts werk Treasures from the Wreck of the Unbelievable (Biënnale van Venetië) los. Tegelijkertijd rolde bij Uitgeverij LAMBO Kunstboek van de pers, een nieuw handboek waarin toekomstige examenleerlingen zich in Hirst en zijn voorgangers kunnen verdiepen. Kunstboek, geschreven door ondergetekenden, biedt havisten en vwo’ers op aansprekende wijze een basis in kunstgeschiedenis en kunstbeschouwing.

Damien Hirst, Treasures from the Wreck of the Unbelievable, Venetië, 2017.
Als docenten bereiden we leerlingen voor op hun examen TeHaTex en zijn we op de hoogte van de laatste ontwikkelingen wat betreft examinering. In de dagelijkse praktijk misten we echter een vakmethode die daarbij aansluit. Toen ons gevraagd werd Kunst op niveau te herschrijven, pakten we deze uitdaging met beide handen aan. Een leuke, maar uitdagende klus. Aan het daadwerkelijke schrijven gingen de nodige uren overleg en oriëntatie vooraf. Met onze expertise op gebied van cultuurwetenschappen en didactiek, kwamen we al snel tot de conclusie dat we liever een compleet nieuw handboek wilden maken, in plaats van het bestaande boek herschrijven. Het handboek is nu dus van de persen gerold en aan de rest van het materiaal, dat het tot een methode gaat maken, wordt hard gewerkt.
Kunstboek (in feite de opvolger van Kunst op niveau) is het ‘frisse’ boek geworden dat we voor ogen hadden toen we de eerste plannen maakten. Gegoten in een kleurrijke vormgeving, behandelen we in zeven blokken chronologisch de geschiedenis van de beeldende kunst. Kunstbeschouwelijke elementen worden veelvuldig gebruikt om kunstwerken in hun context te plaatsen. Voor de leerling die net even wat meer wil weten, zijn er speciale kaders met verdiepingsstof. Het taalgebruik in Kunstboek is op niveau, maar niet nodeloos ingewikkeld en richt zich direct tot de leerling.
Dankzij de silhouetjes van kenmerkende kunstwerken en de kleuren van de tijdlijn die per blok verschillen, kan de lezer het overzicht behouden. De afwisselende bladspiegel is daarbij, zeker voor beelddenkers, een welkome visuele ondersteuning. Wanneer leerlingen door het boek bladeren, ontstaat het gevoel een tijdreis te maken. Er komen veel geijkte kunstwerken voorbij, maar we hebben ook minder vanzelfsprekende keuzes gemaakt. Dit daagt leerlingen, maar ook docenten, uit om nieuwe verbanden te leggen en de canon van de kunstgeschiedenis in een breder perspectief te zien. Thema’s die de laatste tijd vaker in TeHaTex-examens terugkomen, zoals engagement, gender en populaire cultuur, hebben een plek gekregen in Kunstboek. Zo heb je als docent voldoende handvatten om samen met je leerlingen bijvoorbeeld te onderzoeken of er een verband is tussen zeestukken uit de gouden eeuw, de dramatische schilderijen van schipbreuken uit de romantiek, uitgangspunten van de postmoderne kunstfilosofie en Hirsts fictieve schipbreuk.

Auteurs Hanneke de Jong (links) en Marissa Vosters verdiept in hun Kunstboek.